Kaneelbroodjes

Vandaag al een recept voor Pasen! Of voor het komende weekend….. Heerlijke geurige kaneelbroodjes. Variaties op het recept:
  • meng één theelepel kardemompoeder toe aan de kaneelvulling. Neem bij voorkeur verse kardemompeulen en haal de zwart/groene zaadjes eruit en maal of stamp ze fijn;
  • strooi een handje rozijnen over de kaneelvulling;
  • strooi een handje pijnboompitten of grof gehakte noten (hazelnoten, walnoten, amandelen, etc.) over de vulling;
  • bestrooi de bovenzijde van de ongebakken broodjes met greinsuiker
  • meng 1 el. sinaasappelrasp door het kaneelmengsel;
  • bestrijk de ongebakken broodjes met eierglazuur: 1 losgeklopt ei met een ½ tl. zout, (ja zout) de broodjes worden dan niet met suikerglazuur bestreken na het bakken!
ongebakken broodje
Kaneelbroodjes, ca. 32 stuks (klein formaat) 

Benodigdheden:
  • Voor het deeg:
  • 7 gram droge gist (of 14 gram verse)
  • ½ dl. lauwwarm water
  • 2,2 dl. hete melk
  • 100 gram boter
  • 50 gram suiker
  • ½ tl. zout (2,5 ml)
  • 1 losgeklopt ei
  • 450 gram bloem
  • 32 papieren muffin/cakevormpjes of bakpapier
  • Voor de kaneelvulling:
  • 220 gram boter
  • 200 gram suiker
  • 1 el. kaneel (15 ml)
  • Voor het glazuur:
  • 3 tl. kaneel (7,5 ml.)
  • 200 gram poedersuiker
  • water
Bereiding:


Smelt voor de kaneelvulling de boter en roer suiker en kaneel erdoor. Los voor het deeg de gist op in water. Meng voor het deeg boter, suiker en zout in de hete melk tot alles is opgelost, tot lauw laten afkoelen. Voeg de gist en ei toe. De helft van de bloem erdoor roeren en vervolgens geleidelijk de rest van de bloem. Kneed 12 minuten goed door tot een soepel en niet plakkerig deeg ontstaat. Voeg evt. wat extra bloem toe, als het deeg te plakkerig is. Afgedekt in één uur op warme, tochtvrije plek laten rijzen tot dubbele hoeveelheid. 


Het deeg verdelen in twee porties. Eén portie afdekken met doek, andere portie op bebloemd werkvlak met bebloemde deegroller uitrollen tot een rechthoek van 40 x 45 cm. Verdeel hier met een lepel de helft van het kaneelmengsel over en spreid het gelijkmatig uit over de deeglap, maar laat 1 cm. van de randen rondom vrij. Rol de lap stevig op, begin aan de korte kant en snijd met een scherp kartelmes in 16 stukken. Het deeg kan ook worden verdeeld, door een stuk tandzijde (flos) onder de rol te leggen en de twee uiteinden kruiselings omhoog te trekken. Verdeel de stukken over de papieren vormpjes (platte zijde onder) of op ingevet bakpapier op een bakplaat op een onderlinge afstand van 5 cm.  Herhaal dit proces voor de tweede portie. Zet ze op een bakplaat, leg een doek of plasticfolie erover en laat een half uurtje opzwellen op een warme plek. 


Verwarm de oven voor op 190 graden C. Bak de broodjes ca. 20 minuten in de voorverwarmde oven. Kijk na 15 minuten in de oven of ze niet te hard gaan. Maak intussen glazuur door de poedersuiker en kaneel met een scheutje water tot een dik stroperige glazuur te roeren. Haal direct na het bakken uit de vormpjes en bestrijk met de glazuur. De broodjes zijn het lekkerst om warm te eten, maar afgekoeld ook niet te versmaden!

Reacties